|
9. zijn 동사와 hebben 동사 ,조동사 그리고 재귀동사
햄릿의 유명한 대화 ‘To be or not to be,that is the question’ 을 네덜란드어로 고친다면
De vraag is: is het beter om te leven dan wel dood te zijn?(더 프락흐 이스: 이스 헛 베이떠르 옴 헛 더 레이번단 벨 도오트 떠 쩨인?) 이라고 한다.
한국어로 직역해본다며 ‘문제는 살아있다는 것이 죽어있는 것보다 더 나은가?” 이다.
우리가 전부터 들어 왔던 ‘죽느냐 사느냐 이것이 문제로다”. 하고는 조금 다르게 들리는 것 같다.
위의 문장에서 보면 ‘to be’에서 ‘be-동사’가 나와있다. 이 ‘be-동사’와 더불어 가장 많이 쓰이는 동사가 ‘have-동사’일 것이다.
이 영어의 ‘be-동사’와 ‘have-동사’에 해당하는 네덜란드동사는 ‘zijn’(쎄인:be)동사와 ‘hebben(헤번:have)동사 이다.
이 두 동사는 다른 동사들과 전혀 다른 변화형을 가지고있으며 가장 많이 쓰인다.
이 두 동사를 대명사 ik(나), jij(너), hij(그), wij(우리), jullie(너희), zij(그들)에따라 어떻게 변화하는지 살펴보기로 하고 가장 많이 사용되고 가장 중요하고 기초적인 동사인 만큼 바로 암기하도록 하자.
Zijn 동사의 변화형
Ik ben(벤) wij zijn(쎄인)
Jij bent(벤트) jullie zijn(쎄인)
Hij is(이스) zij zijn(쎄인)
Hebben 동사의 변화형
Ik heb(헵) wij hebben(헤번)
jij hebt(헵트) jullie hebben(헤번)
Hij heeft(헤이프트) zij hebben(헤번)
*위에서 보면 알 수 있듯이 단수형에서는 인칭에 따라 동사의 변화가 많지만 복수형에서는 두 동사 모두 원형을사용한다는 것을 기억하자. 이 규칙은 네덜란드 모든 동사에서 적용된다. 네덜란드동사의복수형의형태는 격에 상관없이 기본형, 원형 혹은 부정형(형태가 아직 정해져 있지 않다는 의미에서 不定形이라고도 한다)이라고 불리는 동사원형과 같다.
화법조동사
일반적으로 화법조동사 혹은 조동사라고 부르는 동사는 다른 동사를 도와서 동사가 의도하는 바를 더 정확하게 나타내준다. 영어에서는 조동사가 나오게 되면 조동사 뒤에 위치하는동사는 원형이 된다. 네덜란드어에서도 조동사가 나오게 되면 조동사 뒤에 나오는 동사는 원형이 된다. 대신 영어와 차이점이 있다면 원형으로 변한 동사는 문장의 맨 뒤로 가게 된다는 점이다.네덜란드어에서 일반적인 문장에서 동사는 항상 2번째에 위치하게 된다.그렇지만 조동사가 두 번째 위치를 차지하게 되면 그 자리에 있던 동사는 문장의 맨 뒤로 가게 된다. 참고로 네덜란드 동사는 주어에 의해 형태가 정해지는 정동사를 제외하고 나머지 동사는 모두가 문장의 맨 뒤로 간다는 것을 꼭 기억하면서 네덜란드의 조동사에대해서 알아보기로 하자.
네덜란드어에서의 조동사의 종류
네덜란드어에서의 조동사는kunnen(뀐넌:can), moeten(무떤:must),mogen(모헌:may), willen(빌런:wil),zullen(줄런:shall)이 있으며 대명사 Ik(나), jij(너), hij(그), wij(우리), jullie(너희), zij(그들), 에따라 다음과 같은 변화형을 가진다.
Ik jij hij wij/jullie/zij
Kunnen kan kan,kunt kan kunnen
Moeten moet moet moet moeten
Mogen mag mag mag mogen
Willen wil wil wil willen
Zullen zal zal zal zullen
*동사의 복수형의 변화는 항상 원형과 같은 형태를 갖는다.
Ik kan naar Nederland gaan.
Jij kunt naar Nederland gaan.
Hij kan naar Nederland gaan.
Wij/Jullie/Zij kunnen naar Nederland gaan.
동사의 위치
네덜란드어에서 정동사는 항상 두 번째 다시 말해 두 번째 성분에 위치한다. 정동사란 주어 ik, jij, hij, wij,jullie, zij, 에 따라 werk, werkt, werken 과 같이 형태가 정해지는 동사를 말하며 평서문에서는 항상 두 번째 자리에 위치한다. 그리고 정동사를 제외한 다른 동사들은 문장의 맨뒤로 보낸다. 조동사라 할지라도 주어에 따라 변화하면 조동사 겸 정동사가 되고 평서문에서 두번째 자리에 위치한다. 원래 정동사 자리에 있던 본동사(본래 동사의 의미를 나타내주는 동사)는 조동사의 영향을 받아 부정형이 되어 문장의 맨 뒤로 보내진다. 부정형(不定形)이란 동사가 주어에 따라 형태가 정해지지 않는 기본형 다시 말해 원형 상태의 동사를 말한다.
Ik ga naar Nederland. (이크 하 나르 네덜란드/ 나는 네덜란드로 간다.)
Ik kan naar Nederland gaan. (이크 깐 나르 네덜란드 하안/ 나는 네덜란드로 갈 수 있다.)
Ik moet naar Nederland gaan. (이크 무트 나르 네덜란드 하안/ 나는 네덜란드로 가야만 한다.)
Ik wil naar Nederland gaan. (이크 빌 나르 네더란드 하안/ 나는 네덜란드로 가고 싶다.)
Ik zal naar Nederland gaan. (이크 잘 나르 네더란드 하안/ 나는 네덜란드로 갈 것이다.)
위의 예문 중 첫 번째 문장에서 ‘가다’라는 뜻을 가진 ‘gaan’동사는 문장의 두 번째 에 위치하고 있으며 주어 ‘ik’에 따라 ‘ga’로바뀐 정동사 이며 ‘간다’라는 뜻을 문장에서 나타내므로 본동사가 된다.
그 외의 문장에선 조동사 kunnen, moeten, willen, zullen 이 주어 ‘ik’에 따라 kan, moet, wil, zal 로 변화했기 때문에 조동사겸 정동사가 되며, 원래정동사이며 본동사였던 ‘ga’는 조동사의 영향으로 부정형동사(원형)로 되어 문장의 맨 뒤로 가게 된다.
다른 종류의 조동사 : laten, doen, zien, horen, voelen, komen, blijven, leren, helpen 같은 종류는 다른 동사와 같이 사용해서 조동사로 사용된다. 한국어에서도 우리 오늘 우리집에 와서 먹을래? 라는 문장에서 오다와 먹다라는 두개의 동사가 사용되었다. 이와 같이 두 개의 동사가 나오는 문장에서 하나의 동사는 조동사 역할을 하게 된다.
예문을 살펴보면 다음과 같다.
We laten jullie wat schilderen.
We doen hen hard werken.
We zien hem lopen.
We horen haar roepen.
We voelen hem naderen.
We komen bij je eten.
We blijvenvan je houden.
We leren autorijden.
We helpen je koken.
Het hoofdwerkwoord staat in de infinitief en het staat altijd achteraan in de zin.
Alleen een bijzin of een zinsdeel met een prepositie kan er nog achter staan.
Een boer moet hard werken OP het land.
Een boer moet hard werken ALS hij veel geld wil verdienen.
Een boer moet hard werken OM veel geld TE verdienen.
Als er meerdere hulpwerkwoorden + infinitief in een zin staan, moet je een volgorde (1, 2, 3) respecteren.
- Op het einde van de zin staan de infinitieven bij elkaar.
- Tussen de infinitieven kan er niets staan.
- Het hoofdwerkwoord staat steeds op de laatste plaats.
Ik zal je morgen kunnen helpen.
Hijwil zijn living laten behangen.
Wijzullen op school moeten leren koken.
In de bijzin ( !)
Denk je dat hij je morgen zal kunnen helpen?
Ik ben er zeker van dat wij op school zullen moeten leren koken.
Het gebruik van de hulpwerkwoorden in de zin
Het eerste (hulp)werkwoord krijgt de tijd.
- presens - Ik moet beter studeren.
- imperfectum - Ik moest beter studeren. Hij kwam me helpen verhuizen.
- toekomst -Hij zal morgen de auto komen herstellen.
- perfectum: een aparte regel: Als er een extra hulpwerkwoord in de zin staat, verandert het participium in een infinitief.
hulpwerkwoord + dubbele infinitief
Ik heb het gisteren gedaan. Dit is een perfectum. We zetten het werkwoord moeten mee in de zin.
Ik heb dat gisteren gedaan (+ moeten)
Ik heb dat gisteren moeten doen.
Hij heeft dat gedragen (helpen).
Hij heeft dat helpen dragen.
De keuze tussen hebben of zijn (van het perfectum) hangt af van het eerste werkwoord !
Ik heb in zee gezwommen (gaan).
Ik ben in zee gaan zwemmen. (want : ik ben gegaan)
Hij heeft vannacht bij zijn grootmoeder geslapen (blijven).
Hij is vannacht bij haar blijven slapen. (want : ik ben gebleven)
Noot : Als het hoofdwerkwoord blijven, gaan of komen is, mag je kiezen of je hebben of zijn gebruikt.
Ik ben naar de markt gegaan (moeten).
Ik (heb)/ben naar de markt moeten gaan.
Wij zijn bij hem gebleven (willen).
Wij zijn/(hebben) bij hem willen blijven.
재귀동사 : 재귀 동사랑 재기 대명사를 목적으로 취하는 동사이다. 네덜란드어에서 재귀대명사는 영어와 형태가 다르다. 네덜란드어에서의 재귀대명사를 살펴보면 다음과 같다.
단수 복수
1인칭 me ( mij) ons
2인칭 je; u, zich je; u, zich
3인칭 zich zich
Ik schaamde me voor m’n stomme opmerking.
Jij trekt je die kritiek te persoonlijk aan.
Hij vergiste zich in het telefoonnummer en belde een wildvreemde.
Wij distantieren ons van die maatregelen.
Jullie moeten je haasten, als je nog op tijd wil zijn.
Zij bemoeien zich altijd met zaken die hen niet aangaan.
때론 재귀 동사가 아니지만 상황에 따라 재귀동사같이 사용되는 경우가 있다.
Ik was de kleren. Ik was me.
Hij verdedigde zijn vriend tegen alle kritiek. Hij verdedigde zich(zelf) tegen de kritiek.
Zij sneed de uien. Zij sneed zich lelijk met dat mes.
재귀동사예문
1) We vragen ons af of het feest ondanks het slechte weer doorgaat.
2) Mijn broer heeft zich bedacht, hij is niet meer van plan naar Nederland te emigreren.
3) Nieuwe baas, nieuwe wetten. Je moet je aanpassen.
4) Toen ze dat vreemde geluid hoorde, keerde ze zich meteen om.
5) Jullie hoeven niet alles te doen; jullie moeten je uiteraard tot het belangrijkste beperken.
6) Ik geef toe dat ik me vergist heb.
7) Wanneer zullen de juryleden zich over die zaak uitspreken?
8) Waarom hebt u geweigerd zich over dat geval te buigen?
|